Het college van B & W gaat onderzoeken of het klopt dat er veel klachten zijn over de bereikbaarheid van de zogenaamde kernteams in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). Dat blijkt uit het antwoord op schriftelijke vragen van vrijwel alle fracties uit de gemeenteraad van Pijnacker-Nootdorp. Pas als de uitkomst van dat onderzoek bekend is, zal het college de motie ter hand nemen die in de gemeenteraad over de bereikbaarheid is aangenomen.
De raad verzocht het college op 16 februari in een motie om in het menu van het gemeentelijke telefoonnummer 14 015 een keuze op te nemen die direct zou doorverbinden met de Wmo-kernteams. Wethouder Bernard Minderhoud ontraadde deze motie tijdens de vergadering ten zeerste, maar deze werd met uitzondering van zijn eigen fractie door de gehele raad gesteund.
VVD, PvdA, D66, CU/SGP, EA, GroenLinks en Trots stelden de afgelopen dagen vragen over een artikel dat na de raadsvergadering verscheen op Pijnacker-Nootdorp TV. Daarin liet de wethouder weten dat hij de motie ‘belachelijk’ vond en die niet zou gaan uitvoeren. De fracties wilden weten of de wethouder dit inderdaad zo heeft gezegd.
Verkeerd beeld
In de beantwoording geeft het college aan dat de wethouder zich inderdaad in ‘soortgelijke bewoordingen’ heeft uitgelaten. Het college trekt nu het boetekleed aan. “Het was beter geweest dat dit niet zo gezegd was omdat hiermee een verkeerd beeld wordt opgeroepen”, aldus de beantwoording van de schriftelijke vragen. “Wij vinden het juist belangrijk dat er een goede toegang is tot de gemeente als de inwoners vragen hebben.”
Het college meldt, net als de wethouder tijdens de raadsvergadering al deed, dat de signalen die in de motie zijn aangehaald niet als zodanig bekend zijn, en ze “komen ook niet overeen met het beeld dat wij hebben van de huidige uitvoeringspraktijk. Daarom willen we eerst onderzoeken wat de feiten zijn, voordat wij aan de slag gaan met de motie.”
Zie ook: Wethouder nijdig over motie bereikbaarheid kernteams WMO
en: Raad wil opheldering van ‘nijdige’ wethouder
