Geding bij Raad van State om importvergunning cactuszaad

Pijnackenaar Gerard Rutten is geen man om het er bij te laten zitten als iets tegen zit. En dus stapte hij naar de Raad van State vanwege de inbeslagname van een zakje cactuszaad, met een waarde van rond de honderd euro. Dat werd enige tijd geleden bij hem thuis door een ambtenaar in beslag genomen, omdat het om zaad ging van een cactussoort die met uitsterven wordt bedreigd. Maar het zaad is kunstmatig gekweekt, dus er gaat geen enkele cactus verloren door de winning ervan. Sterker nog: door met zaden van beschermde soorten cactussen te kweken wordt het mogelijk om snel zaden te vermeerderen, waardoor er geen noodzaak is om planten uit de natuur te halen.

Rutten is beheerder van het zogenaamde Clichéfonds van Succulenta, de vereniging van liefhebbers van cactussen en vetplanten. Dat fonds brengt ieder jaar een zaadlijst uit. Hij houdt zich binnen de vereniging bezig met de distributie van zaden onder de leden. Een groot deel van die zaden is afkomstig van de eigen leden, maar een deel wordt ook geïmporteerd vanuit het buitenland.

‘Andere cactuszaden 
 blijven we
 gewoon importeren’

Dat importeren, dat doet Rutten al jaren. Dat heeft ook nooit problemen opgeleverd, ook niet als het ging om zaden van soorten die op de lijst staan van bedreigde soorten. “Maar plotseling kwam iemand op het ministerie van Economische Zaken ineens in actie toen ik navraag deed, omdat een van onze leden een importvergunning had moeten aanvragen. Toen kwam er een ambtenaar bij mij langs, die 2500 cactuszaden in beslag kwam nemen omdat een invoervergunning ontbrak. Die was volgens de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland nodig. Voor de inbeslagname hadden we wel een invoervergunning voor gekweekte zaden aangevraagd.”

CITES

Beschermde soorten vallen internationaal onder het zogenaamde CITES-verdrag, dat moet verhinderen dat er handel wordt gedreven in bedreigde dieren- en plantensoorten. Volgens Rutten vallen de zaden echter niet onder dat verdrag, omdat ze immers kunstmatig zijn gekweekt en dus op geen enkele manier bijdragen aan het uitsterven van een bedreigde soort. De rechtbank in Arnhem, waar hij eerder een geding bij aanspande, vond het een ingewikkelde kwestie, maar hield zich aan een Europese verordening. De rechtbank deed geen uitspraak over de CITES-regelgeving. En dus was uiteindelijk een gang naar de Raad van State nodig, die nu moet bepalen of een invoervergunning nodig is of niet. Half juni doet de Raad uitspraak.

Grote gevolgen voor de vereniging heeft het overigens niet als de import van het cactuszaad van beschermde soorten definitief wordt verboden, want er blijven nog voldoende andere soorten over. “Er zijn ook veel cactuszaden van minder bedreigde soorten. Die kunnen we gewoon blijven importeren.”