Veestapel moet inkrimpen

De Partij van de Dieren wil dat de veestapel krimpt in dichtbevolkte gebieden in Zuid-Holland, dus ook in onze gemeente. Grote concentraties dieren vormen een verhoogd risico op ziekten zoals vogelpest, Q-koorts, MRSA en stafylokokken. Die kunnen ook gevaarlijk zijn voor mensen en vormen dus een bedreiging voor de volksgezondheid.

Van de provincie mogen veehouderijen hun oppervlakte echter verdubbelen naar vier hectare. Dit zou beter zijn voor de dierenwelzijn.

Over de rug van het dier
In grootschalige dierfabrieken worden uit economisch oogpunt zo veel mogelijk dieren op een klein oppervlak gehouden. Dit vult alleen de portemonnee van grote ondernemers, letterlijk over de ruggen van dieren en mensen en gaat ten koste van kleine familiebedrijven. Iets meer ruimte per dier levert geen bijdrage aan het verbeteren van het dierenwelzijn, omdat de dieren geen natuurlijk gedrag kunnen vertonen.

Dierenmishandeling
Carla van Viegen, Fractievoorzitter van de Partij van de Dieren: “Om agressief gedrag tussen grote aantallen intensief gehouden dieren aan te pakken, worden hoektanden van varkens afgeknipt, staarten van varkens afgebrand, koeien onthoornd en snavels van kippen afgeknipt. Dat leidt tot verminking en dierenleed.”

van Viegen vervolgt: “Het is een onzalig plan wat dit provinciebestuur voorstelt. Willen we een gezonde en leefbare provincie creëren, dan is het onvermijdelijk dat de veestapel wordt verkleind. We moeten toe naar een transitie van een meer plantaardig dieet. Bovendien moet de provincie de belangen van onze inwoners beschermen en niet die van bedrijven als dit ten koste gaat van de gezondheid van mens en dier. Onze inwoners mogen niet opdraaien voor de maatschappelijke kosten die uit winstbejag door boeren zijn veroorzaakt’.