Het burgerinitiatief ‘Visie op groen in het buitengebied’ werd gisteren in de raad besproken. De heer Veger sprak namens dit initiatief dat constateert dat er in de gemeente ‘geen duidelijke, actuele, hanteerbare en samenhangende beleidsvisie bestaat, die gericht is op het buitengebied’ en vraagt de raad om een dergelijke visie op te stellen. “Voor veel inwoners zou het lastig zijn de beleidsvisie rondom groen, die over meerdere documenten verspreid is, terug te kunnen vinden”, stelt de heer Veger.
Samenhangend beleid
De raad is van mening wel degelijk een samenhangend beleid voor het groene buitengebied te hanteren. Dit is niet vastgelegd in een afzonderlijk nota voor het groene buitengebied, maar wel in de Ruimtelijke Structuurvisie Pijnacker-Nootdorp 2040. “Deze overkoepelende visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Pijnacker-Nootdorp bevat ook onze visie op het groene buitengebied”, zegt het college.
Meerdere fracties stelden aanvullende vragen.
Juiste stappen
Fractievoorzitter van D66 Barend van der Kraats: “We hebben de omgevingsvisie en binnen dit burgerinitiatief wordt in een keer een stap wordt genomen naar het hoofdstuk groen”. Hij wilde vraag weten hoe verschillende zaken zich tot elkaar verhouden en of de juiste stappen worden genomen.
Peter van den Heuij, fractievoorzitter van VVD stelt dat de omgevingsvisie een kader schept om verschillende deelgebieden tegen elkaar af te wegen. Hij vraagt zich af hoe de suggesties in het burgerinitiatief zich verhouden tot de grotere stappen in de omgevingswet.
Janno Meijer van CDA is benieuwd naar de suggestie uit het burgerinitiatief dat het groen regelmatig het onderspit delft en vraagt zich af of het college dit beeld herkent.
Reactie college
Verantwoordelijk wethouder Peter Hennevanger zegt dat er al heel veel is maar dat de vraag is waar we de samenhang vinden en ‘dat is niet meer dan alleen er een nietje doorheen’. “Het omgevingsprogramma is al bij uitstek het juiste instrument wat het college betreft om vanuit daar de samenhang te bepalen. Daarna kan je de weg met andere initiatiefnemers en betrokkenen bepalen”, zegt Hennevanger.
Groen voorop
Als antwoord op de vraag van Janno Meijer zegt de raad zich absoluut niet te herkennen in de suggestie dat het ‘groen’ altijd het onderspit zou delven en dat dit groen, ook voor de buitengebieden, juist altijd prioriteit heeft. “Het is nu bijna zo dat we eerst kijken waar is het groen en dan of er nog plaats is voor huizen”, zegt de wethouder.
Omgevingsvisie versus omgevingsplan
Wethouder Ilona Jense legde het verschil uit tussen de omgevingsvisie en een omgevingsplan. Ze nam het voorbeeld van een kleurplaat. “De omgevingsvisie laat de vastgestelde kaders zien. De lijntjes zijn gezet maar hoe we dat gaan inkleuren is nog niet helemaal helder en dat is wat we moeten uitwerken in de diverse programma’s”.
Kwalitatieve slag
Ook Jense illustreert de urgentie en belang van het groen, maar dat het belangrijk is dat er een kwalitatieve slag gemaakt moet worden. Dus ecologische verbindingen, hoogwaardig onderhoud en een aangepast maaibeleid. Daaronder hangt het omgevingsplan (daar zijn er nu 35 van). Uiteindelijk wordt dat er één voor de hele gemeente. Jense onderstreepte het burgerinitiatief te waarderen en serieus te nemen.
Elkaar vinden
De heer Veger zegt te begrijpen dat de inhoudelijke en concrete burgervisie met allerlei natuurdoelen niet in een document valt samen te vatten maar dat het interessant is om te onderzoeken waar het initiatief en het omgevingsprogramma elkaar weten te vinden.
Redacteur Pijnacker-Nootdorp.tv