Minderhoud: Persoonlijk contact niet weg door digitalisering

De overheid maakt veel werk van de digitale dienstverlening. Het aanvragen van een uittreksel uit het bevolkingsregister, het opvragen van een WOZ-taxatieverslag of het doen van aangifte voor de hondenbelasting: het kan tegenwoordig allemaal digitaal op de website van de gemeente. Toch blijft het persoonlijke contact belangrijk, zegt de Pijnacker-Nootdorpse wethouder Bernard Minderhoud in een interview in Gemeente Nu. Pijnacker-Nootdorp hanteert het motto ’Digitaal waar dat kan, persoonlijk waar nodig’, zegt Minderhoud in het interview. “Met persoonlijk bedoel ik dat je dat moet regelen voor mensen voor wie het echt niet anders kan. Maar daarnaast kan het persoonlijke contact de digitalisering verder helpen.” De wethouder noemt als voorbeeld het persoonlijke contact met bedrijven om hen te verleiden te gaan werken met eHerkenning, zeg maar het DigiD voor ondernemers. “Niet door te zeggen ’u moet’, maar door te vragen ’wat hebt u hierbij nodig en hoe kunnen wij helpen?”
Dingen uitproberen

Pijnacker-Nootdorp heeft van de driehonderd producten en diensten die de gemeente aanbiedt, er nu honderd gedigitaliseerd. Minderhoud, die zelf portefeuillehouder digitalisering is: “Ik geef medewerkers de ruimte om dingen uit te proberen. Lukt er een keer iets niet? Jammer, daar leren we van. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij mij.”

Er is nog wel veel te doen op het gebied van de wetgeving, vindt hij. “Digitale informatie valt bij voorbeeld ook onder de Archiefwet. Dat is een wet die stamt uit 1955!”

In de ’Benchmark digitale dienstverlening overheid’ van Ernst & Young staat Pijnacker-Nootdorp op de twaalfde plek. Niet gek voor een gemeente van net iets meer dan 51.000 inwoners, constateert Gemeente.nu.