Het aantal mensen met een bijstandsuitkering in Pijnacker-Nootdorp is in 2016 iets toegenomen, maar er zijn ook mensen vanuit de bijstand aan het werk gegaan. Dat blijkt uit het jaarverslag Maatschappelijke zaken, dat aan de gemeenteraad is gestuurd. Dat mensen met een uitkering werk hebben gevonden komt voor een deel door de samenwerking met het werkgeversservicepunt, samen met de bijstandsconsulenten van de gemeente. Vanuit dit servicepunt is een zogenaamde matchmaker actief die vanuit het gemeentekantoor mensen kan plaatsen op vacatures.
Het aantal bijstandsgerechtigden nam in 2016 met 37 mensen toe tot 450 aan het eind van het jaar. Die toename kwam voor een belangrijk deel door de taakstelling die de gemeente opgelegd heeft gekregen voor de huisvesting van statushouders. Naast de relatief geringe toename waren er 58 klanten die werk hadden gevonden. Ook stroomden er bijstandsgerechtigden om andere redenen uit.
Tegenprestatie
Inwoners van Pijnacker-Nootdorp die noodgedwongen nog wel in een bijstandssituatie bleven, leverden vaak een tegenprestatie, bijvoorbeeld via het project TROTS. Dit is vooral bedoeld voor mensen die de Nederlandse taal onvoldoende beheersen. Ze gaan aan de slag met het schoonmaken van de openbare ruimte, maar krijgen ook begeleiding en taaltraining. Andere bijstandsgerechtigden doen toezichthoudende taken in het team handhaving van de afdeling Wijkzaken. Bij goed functioneren kunnen deze toezichthouders worden opgeleid tot beveiligingsmedewerker en kunnen ze uitstromen naar regulier werk. Ook worden mensen met een uitkering inzet bij het beheren van de fietsenstallingen van Biesieklette bij de haltes Nootdorp en Pijnacker-Zuid van de Randstadrail.
De gemeente heeft in 2016 de bijstand en andere regelingen kunnen uitvoeren binnen het bestaande budget. Er is voor dit doel ruim 6,1 miljoen euro van de Rijksoverheid ontvangen. Uiteindelijk heeft de gemeente daarvan zelfs bijna 100.000 euro overgehouden.
