Pijnackerse jongeren beklauteren muur van Armeens klooster

De Pijnackerse jongeren die twee weken aan het werk zijn in Armenië, zijn alweer bezig aan hun laatste dagen in Spitak. Een actueel blog bijhouden, zoals ze zich hadden voorgenomen, valt niet mee, omdat de internetverbndingen in Armenië bepaald niet zo optimaal zijn als in eigen land. Toch houden ze het thuisfront zo goed en zo kwaad als dat gaat op de hoogte van hun belevenissen. Het verkeer blijkt een heel avontuur te zijn, zo beschrijft Ester in haar verslag van een uitstap afgelopen weekend van het dorpje Sanadin, waar ze een nacht verbleven, naar een klooster in Haghpad. “Onze weg terug was dezelfde weg als die van de heenweg: weer langs de touwbrug die er erg onveilig uitzag en weer door de grottunnel (het is een tunnel, maar er is geen licht en de weg lijkt niet echt op een weg, dus ik vind het meer op een grot lijken). Ook kwamen we weer veel grote kuilen tegen in de weg (alhoewel dat niet echt speciaal is hier in Armenië).”
Het ontwijken van kuilen in de weg vergt heel wat inzicht van de chauffeurs, blogt ze verder. “Zoek de beste plek van de weg en rijd daar, of dat nou de rechterkant van de weg is, of de linkerkant. Verder is het hier ook niet zo vreemd om vlak voor een onoverzichtelijke bocht (!) een vrachtwagen (!) in te halen terwijl je aan de telefoon bent (!). Maar we zijn veilig aangekomen.”

Bij het klooster in Haghpad speelden de jongeren een spel dat ter plekke geliefd schijnt te zijn: “in één van de muren van het klooster zitten allemaal gaten. Onderaan de muur is een dun balkje (vergelijkbaar met een stoeprandje). Het doel van het spel is om van de ene kant van het balkje naar de andere kant te komen en daarvoor de gaten in de muur te gebruiken. Door de juiste gaten uit te zoeken om je vingers in te steken, heb je genoeg grip om verder te lopen.” Gelukkig zit de rand onderaan, en niet halverwege de kloostermuur.